Rode neusbeer
Er zijn dieren die liever alleen leven en dieren die liever in grote groepen van soortgenoten leven. Tot deze laatste groep hoort de Rode neusbeer- een zoogdier uit de familie Procyonidae, de kleine beren. Ze komen voor in Zuid-Amerika, in tropische en subtropische bossen, onder andere ook in Suriname.
De vrouwtjes en jongen wonen in groepen van 15 tot 40 dieren. Ze slapen in bomen, opgerold tot een bolletje. Dat slapen doen ze 's nachts: in tegenstelling tot sommige andere kleine berensoorten zijn ze 's nachts niet actief. Samen trekken ze door het oerwoud op zoek naar eten, zowel op de grond als in bomen. Daarbij komt hun gevoelige neus en scherpe reukvermogen goed van pas. Rode neusberen zijn omnivoren en makkelijke eters: ze eten van alles. Op hun menu staan kevers, eieren, wortels, paddenstoelen en vruchten.
Mannetjes wonen alleen, maar voegen zich toe aan de groep tijdens de paartijd, die samenvalt met perioden waarin er veel vruchten zijn om te eten. Alle vrouwtjes in een groep zijn tegelijk klaar om te paren en zullen dat met meerdere mannetjes doen. Na een draagtijd van ongeveer 11 weken worden 2 tot 7 jongen geboren in een nest dat het vrouwtje heeft gemaakt in een boom. Moeder en jongen blijven in hun nest voor een week of zes en dan voegen zich weer bij de groep. Rode neusberen zijn met 2 jaar volwassen en hebben een levensduur in het wild van ongeveer 7 jaar.
Gezamenlijke activiteit: vachtverzorging
Rode neusberen communiceren via een scala aan jammer-, klik- en woef-geluiden. Bij dreigend gevaar geven ze een hard waarschuwings "woef" en vluchten ze allemaal de bomen in. Als ze niet aan het scharrelen zijn, besteden rode neusberen tijd aan het verzorgen van elkaars vacht, iets dat de banden binnen de groep waarschijnlijk versterkt. Die vacht is zeer gevarieerd en, ondanks de naam, niet altijd rood: ook donkerbruin of grijs komt voor. Hun lichaam is tussen 40 en 70 cm lang, net zolang als hun staart. Ze zijn familie van de wasbeer en dat zie je aan hun geringde staart en het gedeeltelijke masker op hun gezicht. Maar daar houdt de gelijkenis op, want Rode neusberen zijn slanke dieren met een lange bewegelijke spitse snuit.
Hoe je een rode neusbeer herkent? Heel karakteristiek is dat als ze op de grond in beweging zijn, hun staart rechtop staat met een klein buiginkje vlak bij het puntje.
In het museum is de Rode neusbeer te zien in de tentoonstelling Jouw Brabant, mijn Brabant in de zaal over verzamelingen.